Dat de gemeente Berkelland zijn eigen geschiedenis zeer slordig beschrijft kan men al sinds de oprichting van die gemeente in 2005 lezen op de website. Geschiedschrijving – onder de noemer “cultuur”- dient een Berkellandideologie te ondersteunen. Deze gemeente is geen gemeenschap, maar een gemeente van tenminste vier of vijf gemeenschappen. Berkelland heeft er tot nu toe vaak blijk van gegeven geen respect te hebben voor de eigen geschiedenis. Een voorbeeld daarvan zijn de beruchte “Markewerkboeken” waarbij zogenaamde nieuwe marken als een soort raster over de historische structuur zijn geplakt. De cultuurhistorische gebiedsbeschrijving lijkt eenzelfde lot te ondergaan. Maar nu diezelfde gemeente bezig is met het opstellen van nieuwe bestemmingsplannen en de concept-beschrijvingen daarvan op de website geplaatst zijn, maakt men het wel heel erg bont. Ik besef heel goed dat de geschiedkundige beschrijvingen niet het hoofddoel van het plan zijn, maar dat wil niet zeggen dat de gemeente in de zeer beperkte ruimte die voor de beschrijving van de lokale geschiedenis mag blunderen. Bij het lezen van het concept “Eibergen, woongebieden 2011” (geraadpleegd op 16 april 2011) heb ik me zitten ergeren aan hoofdstuk 2, dat in paragraaf 2.1. de bestaande situatie beschrijft, en in paragraaf 2.2. de geschiedenis. Ik heb nooit geweten dat Eibergen in het relatief laag gelegen Noordzeebekken lag. Bij mijn weten ligt de plaats op het Oostnederlands Plateau, soms ook wel het Winterswijks Plateau genoemd. Volkomen onbegrijpelijk is een zin als “Er is van oudsher rond Eibergen al sprake van bebouwing, echter de huidige kern Eibergen vindt zijn oorsprong in de situering van de Markeschool (1815) en de R.K.-kerk (1846)”. Wordt hier soms Beltrum bedoeld? Dat kan blijken uit de eerste zinnen van paragraaf 2.2.: “De geschiedenis van Eibergen (een verbastering van Belteren of Velteren) als zelfstandige eenheid begint in 1236. Toen verkocht een jonker van Borculo, die mogelijk in geldnood verkeerde, de villa Groenlo en een gebied er omheen aan de graaf van Zutphen”. En verderop: “De Groenlose burgerij en instellingen, zoals het gasthuis en de kerk hadden bezittingen in Eibergen”. Het lijkt erop dat het bureau, dat dit bestemmingsplan voor de gemeente ontwerpt, stukken van het internet geplukt heeft (Wikipedia, trefwoord Beltrum) en met knippen en plakken de plaatsnaam Beltrum heeft vervangen door Eibergen. Zo wordt anno 2011 geschiedenis geschreven en geen hond die er kritisch naar kijkt. Het is een blamage voor dat bureau maar zeker ook voor de gemeente. Als liefhebber van de plaatselijke en regionale historie schaam ik me diep voor dit soort wanprodukten die de gemeente ongetwijfeld veel geld zullen kosten.
Update computer in Bibliotheek Borculo
Na de totstandkoming van de samenwerking met het Historisch Informatiepunt in de Borculose bibliotheek, is de software voor het leesapparaat vernieuwd en is die bovendien nu ook Nederlandstalig. Vandaag is een offlineversie van de website op de computer in de bibliotheek geplaatst, inclusief alle indexen op het oud-rechterlijk archief. Helaas werken niet alle links in deze versie. Elders in de bibliotheek staan internetcomputers, waardoor men toch in de gelegenheid wordt gesteld zich op de hoogte te stellen van de actuele stand van zaken.
Nieuwe indexen oud-rechterlijk archief Borculo
Vandaag zijn een flink aantal nieuwe indexen op www.heerlijkheidborculo.nl geplaatst. Het betreft indexen in de originele en alfabetische volgorde van de volgende nummers uit de inventaris van het oud-rechterlijk archief van Stad en Heerlijkheid Borculo, deels met aantekeningen:
199. “Ordinaris landgericht-prothocol”, protocol van civiele zaken voor het landgericht, 1719 – 1722
258. Dossiers van civiele proceduren voor het landgericht, 1672-I.
259. Dossiers van civiele proceduren voor het landgericht, 1672-II.
260. Dossiers van civiele proceduren voor het landgericht, 1673 – 1674.
261. Dossiers van civiele proceduren voor het landgericht, 1675.
262. Dossiers van civiele proceduren voor het landgericht, 1676-I.
287. Dossiers van civiele proceduren voor het landgericht, 1694.
389. Protocol van testamenten voor het stadgericht, 1674 – 1696.
393. Wezenprotocol van de stad Borculo, 1757 – 1775.
411. Protocol van opdrachten en bezwaren voor het landgericht, 1701 – 1708.
474-475. Boedelpapieren bij stad- of landgericht ingekomen, 17de en 18de eeuw. Vanwege de deels zeer slechte materixeble toestand is dit bestand slechts gedeeltelijk verfilmd.
1 maart 2011: 200 jaar gemeenten Borculo, Eibergen en Neede
Op 1 maart 2011 is het 200 jaar geleden dat de gemeenten Borculo, Eibergen en Neede werden ingesteld. Nadat het Koningrijk Holland van koning Lodewijk Napoleon op 9 juli 1809 door zijn grote (maar fysiek kleine) broer, keizer Napoleon, “verenigd” werd met diens keizerrijk, volgde op 6 januari 1811 een nieuw keizerlijk decreet, dat bepaalde, dat op 1 maart 1811 de Franse wetten, de Franse bestuursindeling en de Franse rechterlijke organisatie ook van toepassing zouden zijn op ons land. Het betekende het einde van de Stad en Heerlijkheid Borculo. Voor het eerst werd ons land bestuurlijk en juridisch op een uniforme leest geschoeid. De laatste rekening van de laatste stadrentmeester van Borculo werd op 22 februari 1811 gecontroleerd of, zoals men dat toen noemde, “afgehoord”. Vanaf 1 maart 1811 noemde Borculo zich “commune” (eigenlijk een term uit de Bataafse Tijd), en Eibergen zich “gemeente”. De gemeenten of “mairiexebn” (het was immers de Franse Tijd) moesten o.a. een burgerlijke stand bijhouden en een registratie van dienstplichtigen. Toch ging die overgang stad, heerlijkheid en voogdijen naar gemeenten nieuwe stijl niet vanzelf. Inwoners van Geesteren en Beltrum, die mogelijk wat later in dat jaar zelfstandige gemeenten werden, waren voor wat betreft de burgerlijke stand eerst nog (tot eind 1811) aangewezen op respectievelijk Borculo (“Geesteren in de commune van Borculo”) en Eibergen. Deze voormalige voogdijen hadden tot dan toe nooit enige vorm van burgerlijk overheidsgezag gekend. Hoewel dat min of meer ook gold voor Neede, is deze plaats er wel in geslaagd snel een overheidsadministratie in te richten. Op 9 maart 1811 werd te Geesteren nog een huwelijk gesloten door de huwelijkscommissaris, waarbij gemeld werd dat deze daartoe “provisioneel” gemachtigd was door de maire (=burgemeester) van Borculo. Ook in Eibergen was er sprake van dergelijke overgangssituaties.
De Fransen ruimden in november 1813 het veld. Souverein Vorst Willem I (hij aanvaardde de titel van Koning der Nederlanden pas in een toespraak tot de Staten-Generaal op 16 maart 1815, nadat het Vredestraktaat van Parijs hem het oppergezag over alle Nederlanden en het dragen van de koninklijke waardigheid had toegezegd) aanvaardde bij zijn terugkomst de door de Fransen ingerichte bestuurlijke en rechterlijke indeling, meestal inclusief de zittende bestuurders en magistraten, geheel. Hierdoor kon snel en effectief een begin gemaakt worden met de inrichting van de Nederlandse staat. Omdat hij deze indeling, alsmede de Franse wetgeving grotendeels handhaafde, is er in 1813 geen sprake van een breuk met het verleden, integendeel. Het jaar 1811 is voor de geschiedenis van onze gemeenten van wezenlijk groter belang vanwege de definitieve breuk met de organisatie en regelgeving uit de tijd van de Republiek en de Bataafse Tijd. Er dus alle reden het jaar 1811 als beginjaar van de gemeenten moderne stijl te beschouwen. Later deze week publiceer ik op www.heerlijkheidborculo.nl nog een uitgebreid artikel over de overgang van de heerlijkheid Borculo naar de gemeenten nieuwe stijl.
Nieuwe indexen ORA Borculo
Er zijn weer nieuwe indexen op het oud-rechterlijk archief van Stad en Heerlijkheid Borculo beschikbaar op www.heerlijkheidborculo.nl. Het betreft de inventarisnummers:
193. “Ordinaris landgerichtprothocol”; Landgerichtssignaat, 1688 – 1690.
194. “Ordinaris landgerichtprothocol”; Landgerichtssignaat, 1690 – 1693.
De originelen van deze protocollen worden niet meer ter inzage gegeven. Microfilms zijn zowel op de studiezaal van het Gelders Archief als in de bibliotheek van Borculo aanwezig.