Op de voorlaatste dag van 2010 zijn er opnieuw twee omvangrijke indexen op het oud-rechterlijk archief van Stad en Heerlijkheid Borculo op de website geplaatst. Het betreft indexen op inventarisnummers:
424. Protocol van opdrachten en bezwaren voor het landgericht, 1764 – 1767.
444. Losse minuten van akten, opgenomen in het protocol van opdrachten voor het landgericht, 1675 – 192.
Terugkijkend voorziet de website nog steeds in een behoefte. Er werden in het afgelopen jaar 52.000 bezoekers geteld die, dat is toch een opvallend gegeven, over de gehele linie en het gehele jaar gezien, breed gexefnteresseerd blijken te zijn. De indexen doen het voortdurend goed: ze worden massaal gedownload. Er zijn nu (31 december 2010) 278 inventarisnummers van het oud-rechterlijk archief van Stad en Heerlijkheid Borculo gexefndexeerd en op de website gepubliceerd. Dit is ongeveer 55% van het totaal aantal inventarisnummers van het ORA Borculo. In totaal zijn nu ruim 250.000 familienamen, toponiemen e.d. beschikbaar gekomen in indexen die in grootte varixebren van 4 tot 4333 namen. Daarnaast is er ook veel belangstelling voor de geschiedenis van de Berkel in de Heerlijkheid Borculo. Die laatste was ook niet denkbaar zonder de eerste. Ook de Borculose sprokkels, kleinere bronnenuitgaven en bronbewerkingen, mogen zich in een groeiende belangstelling verheugen.
In de website is in het afgelopen najaar meer structuur aangebracht. Verder werd hij opgeschoond.
Al voor het derde achtereenvolgende jaar is er geen publicatie op papier uitgegeven. Het lijkt niet erg waarschijnlijk dat er nog bronnenpublicaties op papier zullen verschijnen. Daarover wordt in het voorjaar een beslissing genomen. Voor publicaties in de Kleine Reeks blijft er ruimte, maar zijn we meer dan vroeger afhankelijk van het aanbod van derden. Gelukkig is de geschiedschrijving niet afhankelijk van ons, maar de website wil zeker dxe9 portal zijn en blijven tot de geschiedenis van het gebied van Stad en Heerlijkheid Borculo. In het afgelopen jaar verschenen mooie publicaties, waaronder het nogal omvangrijke proefschrift van Roy van Beek (Reliëf in Tijd en Ruimte. Interdisciplinair onderzoek naar bewoning en landschap van Oost-Nederland tussen vroege prehistorie en middeleeuwen, (Wageningen 2009)) dat te vinden is op de website van de Universiteit Wageningen, het boek over de Eibergse buurschap Hupsel van Leo van Dijk en recent een artikel in Old Nee over de Needse erven in het verpondingskohier van 1646 van de hand van H.W. Saaltink.
Het nieuwe jaar belooft nog veel meer. Belangrijk voor de oudere geschiedenis van de Heerlijkheid Borculo is het Westfaalse project dat alle regesten van oorkonden digitaliseert en via het internet toegankelijk maakt.
De archiefdiensten gaan onverdroten voort met digitaliseringsprojecten, het Stads- en Streekarchief Zutphen is daarvan een mooi voorbeeld. Ook particulieren zetten hun beste beentje voor. Zij worden misschien nog wel belangrijker als archiefdiensten niet meer over voldoende middelen kunnen beschikken die voor retrodigitalisering nu eenmaal nodig zijn. Een goed voorbeeld daarvan is de website van Ben Baneman, Genealogie in de Achterhoek.
En wat doet Stad en Heerlijkheid Borculo? In ieder geval doorgaan op de ingezette weg met het maken (door vele vrijwilligers) van indexen op het oud-rechterlijk archief en de beschikbaarstelling daarvan op de website, verder het plaatsen van grote en kleine bronpublicaties op het internet, signaleren en doorgeven van voor de oudere geschiedenis van het gebied van Stad en Heerlijkheid belangrijke initiatieven, publicaties, bemoeienis met het gemeentelijke monumentenbeleid en deelname aan de projectgroep rondom de totstandkoming van een gebiedgerichte cultuurhistorische beschrijving van Berkelland. Zorgen zijn er op monumentengebied, die ook kenbaar gemaakt zijn aan de gemeenten. Het betreft de sloop van het door brand geteisterde cafxe9 en voormalige dorpboerderij “De Krekel” in Eibergen, de gang van zaken rond het rijksmonument ’t Nixebnhuis in Lintvelde en de soap rond de enig overgebleven Borculo havezate De Kamp in Neede. Het uitgangspunt bij dit alles blijft de historische waarde van het erfgoed an sich, niet de vraag of het commercieel gexebxploiteerd kan worden. Als dat het criterium wordt voor gemeentelijk erfgoedbeleid is het einde nabij en zouden wij geen knip voor de neus waard zijn.
Wij wensen onze medewerkers en de gebruikers van de website een goed en gezond 2011 toe!